Het verschil tussen hun en hen

Het verschil tussen hun en hen

Wanneer gebruik je nu hun of hen. In de spreektaal wordt hun vaak als onderwerp gebruikt: Hun hebben er geen verstand van, hun kunnen niet komen. Gebruik als onderwerp zij. Hun als onderwerp is fout.

Algemene regels
Gebruik hen in de volgende gevallen:

1. Na een voorzetsel:

  • Ik geef het boek aan hen.
  • Wil je dat voor hen doen.
  • Wij gaan bij hen op bezoek.
  • Ik ga naar de kermis met hen.

2. Als lijdend voorwerp:

  • Wij hebben hen nog gebeld.
  • De directeur ontslaat hen.
  • Zij vergeet hen nooit.
  • Ik bekijk hen.

Gebruik hun in de volgende gevallen:

1. Om bezit uit te drukken.

  • Hun auto is stuk.
  • Hun huis staat in brand.
  • Dit is hun caravan.

2. Als hun vervangbaar is door een voorzetsel + hen (aan hen, voor hen, bij hen, volgens hen, etc.) of een voorzetselgroep + hen (met betrekking tot hen, ten aanzien van hen e.d.). Voorbeelden:

  • Ik geef hun een lolly (hun = aan hen)
  • Hij schonk hun een kopje koffie in (hun = voor hen)
  • Hij rookt hun te veel (hun = volgens hen, wat hen betreft)

Gebruik zij als onderwerp.

  • Zij gaan met de trein.
  • Vraag eens waarom zij niet meedoen.
  • Zij hebben ons gevraagd.

Veel succes met toepassen. Laat een reactie achter of je wat aan dit blog gehad hebt.